Zondag 24 november: ‘The Irishman’: indrukwekkend epos over de mysterieuze verdwijning van vakbondsleider Jimmy Hoffa.
Oude knakkers zijn het inmiddels: regisseur Martin Scorsese (77) en de legendarische acteurs Robert De Niro (76), Joe Pesci (76) en Al Pacino (79). Maar wat een voortreffelijke film heeft het kwartet met ‘The Irishman’ afgeleverd. Scorsese, de meester van de gangsterfilms (hij regisseerde ook onder meer Goodfellas, 1990; en Casino, 1995), neemt in stijl afscheid van het genre. Met een 3,5 uur durend spektakelstuk dat enkele decennia beslaat, en waarin gebeurtenissen als de moord op JFK, de Cubacrisis en Watergate het decor vormen.
De Ier uit de titel is Frank Sheeran, gespeeld door De Niro. Scorsese heeft zijn film gebaseerd op de biografie over Sheeran (die in 2003 stierf) ‘I Heard You Paint Houses’ uit 2004. ‘I Heard You Paint Houses’ is in maffia-kringen codetaal voor het vermoorden van mensen. De verf (paint) verwijst immers naar de bloedspetters die je krijgt als je een wapen op iemand leegschiet.
Veteraan Sheeran (1920) gaat na de Tweede Wereldoorlog in Philadelphia aan de slag als vrachtwagenchauffeur, maar komt al snel in contact met de georganiseerde criminaliteit in de havenstad aan de Amerikaanse Oostkust. Scorsese neemt de tijd om het verhaal van Sheeran te vertellen. Uitgebreid worden de beslissingen belicht die ertoe leiden dat hij zich ontwikkelt tot een hit guy voor de maffia. Baas Russell Bufalino – vertolkt door Pesci – neemt Sheeran uiteindelijk onder zijn hoede. We zien hier Pesci zoals we hem nog niet eerder zagen: een koele, rationele en ietwat bedeesde Don. Heel anders in ieder geval dan de ongecontroleerde heethoofden die hij speelde in Casino en Goodfellas. (Voor veel scènes is overigens gebruik gemaakt van verjongingssoftware waarmee De Niro en Pesci ‘glad zijn getrokken’).
De band tussen Sheeran en Bufalino is echter niet de belangrijkste in ‘The Irishman’. Centraal staat namelijk de vriendschap die de Ier opbouwt met de illustere vakbondsleider Jimmy Hoffa (Al Pacino). En hoe indrukwekkend De Niro en Pesci ook hun rollen vormgeven, ze worden volledig weggeblazen door de magistrale Pacino. Het zou me dan ook niks verbazen als deze rol de acteur zijn tweede Oscar oplevert (hij won in 1993 een Oscar voor zijn rol in Scent of a Woman). Pacino zet Hoffa neer als een excentrieke driftkikker die volledig vergroeid is geraakt met ‘zijn’ vakbond. Fascinerend te zien hoe hij – zonder ook maar enige concessie te doen – langzaam maar zeker zijn eigen graf graaft.
De in Indiana geboren Jimmy Hoffa verhuist in 1924 op elfjarige leeftijd met zijn familie naar Detroit. In de Motor City ontpopt de puber zich tot een natuurlijk leider die al op zijn 18e zijn eerste staking organiseert. Hoffa werkt zich daarna in rap tempo op binnen de Teamsters: een machtige vakbond die opkomt voor de belangen van truckers (vrachtwagenchauffeurs).
In de jaren 50 van de vorige eeuw groeit Hoffa uit tot een publiek figuur. Alleen de president zelf zou in die periode invloedrijker zijn geweest dan de vakbondsleider uit Detroit. ‘The day our trucks stop. America stops,’ aldus Hoffa in ‘The Irishman’.
Maar onomstreden is hij niet. Zo onderhoudt Hoffa banden met de georganiseerde misdaad en wordt hij in 1964 veroordeeld wegens poging tot omkoping van een jurylid. De vakbondsman verdwijnt achter de tralies en verliest tot zijn grote verdriet het voorzitterschap van de Teamsters. Wanneer hij na zijn vrijlating met man en macht probeert zijn oude functie terug te krijgen wekt Hoffa de woede van verschillende maffia-leden, die inmiddels leunen op een andere stroman.
Op 30 juli 1975 verkeert Hoffa in de veronderstelling een afspraak met twee leidinggevende figuren binnen de Detroitse maffia te hebben om de vredespijp te roken in een restaurant in de welvarende voorstad Bloomfield Township (35 kilometer ten noordwesten van downtown Detroit). Er komt echter niemand opdagen. Nadat een boze Hoffa zijn vrouw hiervan per telefoon op de hoogte heeft gesteld, zien getuigen hem in een auto met drie mannen stappen. Van de vakbondsleider wordt daarna nooit meer wat vernomen.
De mysterieuze verdwijning van Jimmy Hoffa is nooit opgelost. En meer dan 45 jaar na dato krijgt de FBI nog altijd tips binnen over de plek waar zijn lichaam te vinden zou zijn. Desalniettemin heeft Scorsese ervoor gekozen ‘The Irishman’ volledig te baseren op de biografie van Sheeran. Een volgens sommigen grote fout. Zo verscheen er in augustus een artikel op slate.com met de titel ‘The Lies of the Irishman’, waarin vraagtekens worden gezet bij de wijze waarop Hoffa volgens Sheeran is omgekomen (https://slate.com/culture/2019/08/the-irishman-scorsese-netflix-movie-true-story-lies.html). Daarnaast stond in een artikel op vanityfair.com begin november onder meer dat ‘FBI agents, prosecutors, reporters, and criminals who knew Frank Sheeran’ twijfelden aan zijn versie van de gebeurtenissen (https://www.vanityfair.com/hollywood/2019/11/the-irishman-true-story-frank-sheeran). En dan is er ook nog Dan Moldea, die de zaak al sinds het begin volgt en in 1978 het boek ‘The Hoffa Wars’ schreef. ‘It’s great filmmaking, but bad history,’ aldus Moldea over ‘The Irishman’.
Martin Scorsese lijkt Moldea en de andere critici gelijk te geven. Tijdens het afgelopen filmfestival van New York verklaarde de regisseur namelijk dat het niet de echte Frank Sheeran is die we in ‘The Irishman’ zien, maar ‘some character we all created’. ‘The story is about people living a life, a tough life, love, trust, betrayal, remorse, regret,’ aldus Scorsese.
Niets meer en niets minder.
Mijn oordeel: 9/10
Imdb.com: 8,7/10
Rottentomatoes.com: critici: 96/100, bioscoopbezoekers: 88/100
Metacritic: 94/100
Rogerebert.com: 3,5/4
Gezien: zondag 17 november 2019 (de verjaardag van Scorsese!), Filmhuis Lumen, Delft.
‘The Irishman’ is vanaf woensdag 27 november te zien op Netflix. Tot die tijd draait de film nog in een beperkt aantal bioscopen.
Meer lezen?